Wanneer gaat mijn baby doorslapen?
Misschien stelt het je gerust om te weten dat eigenlijk alle ouders deze vraag wel eens hebben gesteld. Misschien weet je bijna niet meer hoe het voelt om zelf een nacht door te slapen. Jonge baby’s kunnen biologisch gezien nog niet doorslapen, dat breekt je op. Oudere baby’s vinden het soms moeilijk om zelf weer in slaap te vallen. We geven je onze tips en trucs!
Dag- en nachtritme ontwikkelen
Pasgeboren baby’s krijgen elke 3 tot 4 uur nog voeding. Dat betekent dat jij ook niet langer dan dat slaapt. Gebroken nachten horen er voorlopig dus nog even bij. Daar komt bij dat pasgeboren baby’s nog geen dag- en nachtritme hebben. Misschien heb je tijdens de zwangerschap gemerkt dat je kleintje actief werd zodra jij lekker je bed in kroop. Het duurt een tijdje voordat je baby leert dat er verschil is tussen dag en nacht.
Pas vanaf 2-3 maanden ontstaat er een dag- en nachtritme bij je baby. Dat betekent dat je baby rond deze tijd de behoefte kan krijgen om ’s nachts iets langer te slapen.
Leren doorslapen
Doorslapen betekent officieel dat je baby in staat is om twee slaapcycli (van ± 4 uur) aan elkaar te knopen, zónder wakker te worden.
Uit onderzoek met verborgen camera’s blijkt dat eigenlijk geen enkel kind onder de 12 maanden zonder wakker worden de nacht door komt. Wel is het zo dat 60% tot 70% van de baby’s van 8 maanden oud zelf weer in slaap kan vallen, als ze ’s nachts wakker worden (bron: Oeiikgroei.nl).
Weet dat elke baby anders is en dat het zomaar kan zijn dat jouw baby sneller of langzamer is met leren doorslapen. Heb je twijfels over het slaapritme van je baby? Dan kun je het beste overleggen met het consultatiebureau of je arts, zodat ze jou gericht kunnen helpen.
12 tips om je baby beter te laten inslapen en doorslapen
- Zorg voor een verschil tussen dag en nacht
Maak de kamer van je baby overdag niet zo donker als ’s nachts. Zorg ’s nachts voor stilte en durf overdag gewoon (huiselijke) geluiden te maken. - Zorg voor een rustige slaapomgeving
Een drukke, onrustige omgeving kan je kindje bezig houden, terwijl hij in slaap probeert te vallen. - Houd een vast bed-ritueel
Een bekende tip, wellicht. Zorg ervoor dat het een niet al te lang, maar herkenbaar ritueel is. Zing of speel bijvoorbeeld een liedje voor je baby of doe je baby in bad, geef een knuffel en stop hem/haar lekker in. Sommige baby’s slapen beter in met een muziekje of juist een eentonig geluid, in plaats van stilte. - Onrustige baby? Ga inbakeren of gebruik een slaapzak
Jonge baby’s vinden het fijn om ingebakerd te worden en kunnen hier rustig van worden. Vooral baby’s die zichzelf steeds wakker maken doordat ze met hun armpjes bewegen in hun slaap, kunnen hier baat bij hebben. Stop met inbakeren als je baby in staat is om om te rollen. Stap in dat geval over op een slaapzakje. Als je wilt gaan inbakeren overleg dan altijd eerst met een expert wat het beste is voor jouw kindje (bijvoorbeeld je kraamhulp, het consultatiebureau of een arts). - Houd je baby overdag niet wakker
Je baby wakker houden om extra moe te worden, helpt helaas niet. Een vermoeide baby komt juist extra moeilijk in slaap. - Op tijd troosten
Jonge baby’s kunnen zichzelf nog niet goed kalmeren. Dus troost je baby voordat hij echt verdrietig wordt. - Niet te snel troosten
Dat klinkt natuurlijk tegenstrijdig met het vorige punt. Probeer je baby eerst een paar minuten te laten liggen als wakker begint te worden, soms vallen ze toch zelf weer in slaap. Baby’s van 3 maanden leren al gewoontes aan, dus ook (slechte) slaapgewoontes. Wees gerust, je wordt steeds handiger in het herkennen van de geluiden die je baby maakt en wat je daarmee het beste kunt doen. - Niet te hard proberen
In lijn met het vorige punt: overdrijf het niet. Leer je kind zelf in slaap te vallen als hij wakker is geworden. In zijn eigen bedje. Beperk in slaap wiegen, je kindje bij je leggen, voeden (als het eigenlijk niet nodig is), nachtelijke autoritjes, etc. Doorslapen leert je baby door zelf weer in slaap te vallen! - Houd de nachtvoeding sober
Houd de lamp gedimd (of uit, als je dat lukt), blijf stil en leg je baby vlot weer in zijn of haar bedje. Extra tip: een co-sleeper is hierbij ideaal. Bekijk hier de voor- en nadelen. - Onderzoek waarom je baby wakker is geworden
Een troosteloze baby midden in de nacht, en dan? Heeft je baby honger? Is de kamer te warm of te koud? Heeft je kind een vieze luier? Kan hij ziek / verkouden zijn of krampjes hebben? Verhelp het probleem (zo mogelijk) en leg je baby weer neer als hij rustig is geworden. - Ga overdag naar buiten!
Frisse lucht is goed voor je baby én voor jou! Buitenlucht heeft een positief effect op het slaapritme van je baby en daglicht bevordert het gevoel voor dag en nacht. - Herken vermoeidheidssignalen
Leg je baby op het juiste moment in bed. Je herkent vermoeidheid aan: wrijven in de ogen, gapen, wegkijken, aan de oortjes zitten of jengelen. Als je te laat bent en je baby gaat huilen, valt hij moeilijker in slaap. Leer dus goed te timen!
Eerlijk, het vinden van een goed ritme kan nogal uitdagend (en vermoeiend!) zijn. De ene baby gaat eerder doorslapen dan de andere en misschien is die van jou wel nét eentje die doorslapen niet zo nodig vindt. Bovenstaande tips kunnen enorm helpen, maar het is uiteindelijk ook een kwestie van tijd. Trek je het echt niet meer? Misschien kunnen opa / oma of goede vrienden een weekendje oppassen, zodat jij weer wat kunt bijtanken.
Misschien kunnen jij en je partner een weekendje samen sowieso wel goed gebruiken. Zo’n kleintje kan best wat impact op je relatie hebben en de tijd die je echt met elkaar hebt. Lees dan verder in ons artikel “Samen bij het haardvuur”!
