Waterpokken bij een baby

21 juli 2022

Bijna alle jonge kinderen krijgen het wel een keer: waterpokken. Maar wat zijn het eigenlijk? Hoe herken je waterpokken bij je baby? Zijn ze gevaarlijk voor je kleintje? En wat kun je doen om die jeukende vlekjes en blaasjes tegen te gaan? In dit blog vertellen we je er alles over.

Wat zijn waterpokken?

Voordat we je meer vertellen over waterpokken bij een baby, leggen we eerst uit wat het is.

Waterpokken is een (Varicella Zoster) virus en komt meestal voor in de winter en aan het begin van de lente. De infectieziekte bevindt zich in de keel en neus, en veroorzaakt rode bultjes op de huid die later veranderen in blaasjes gevuld met vocht. Na 7 tot 10 dagen zijn de wondjes weer genezen.

Ongeveer 95% van de kinderen dat opgroeit in Nederland, krijgt waterpokken voordat het zeven jaar is. Dat maakt het een echte kinderziekte. Het virus is besmettelijk en blijft altijd in het lichaam aanwezig. Meestal merken we daar niets van, maar soms krijgen we er op latere leeftijd gordelroos door.

Waardoor kan een baby waterpokken krijgen?

Zoals gezegd: waterpokken is heel besmettelijk en bovendien makkelijk overdraagbaar. De virusdeeltjes verspreiden zich in de lucht door te niezen, hoesten of praten. Het inademen van de druppeltjes of direct contact met vocht uit de blaasjes, kan een besmetting veroorzaken. Het is daarom moeilijk te voorkomen dat een baby waterpokken krijgt.

Wanneer een baby in contact is geweest met iemand die het waterpokkenvirus heeft, kan het nog drie weken duren voordat de eerste klachten zichtbaar worden. Maar al vanaf twee dagen voor het verschijnen van de eerste vlekjes, kan het zelf besmettelijk zijn en het virus aan anderen doorgeven. Deze periode duurt totdat alle blaasjes zijn ingedroogd.

Wat zijn de symptomen?

Waterpokken bij een baby is niet altijd direct te herkennen. Zeker niet in het beginstadium. Vaak begint het met een ‘gewone’ verkoudheid. Je kindje lijkt wat hangerig en heeft misschien lichte koorts.

Pas na een paar dagen ontstaan de eerste vlekjes. Meestal eerst op het hoofd en de romp, later op het hele lichaam. Zelfs in de mond en tussen de hoofdharen kunnen ze zich verstoppen.

Langzaam veranderen de vlekjes in blaasjes en vullen zich met vocht. Ze zijn zo groot als een muggenbult en kunnen je kindje flink wat jeuk bezorgen. Gelukkig drogen de blaasjes na een paar dagen uit en blijven er alleen wat korstjes over. Na een dag of 10 zijn ook die verdwenen.

Hoe te behandelen?

Wanneer je baby waterpokken heeft, zijn er een aantal dingen die je kunt doen om het leed te verzachten. Deze tips zijn vooral gericht op het verminderen van de jeuk en het voorkomen van krabben. Want krabben maakt jeuk nóg erger, kan infecties veroorzaken en littekens geven.

Nagels: Hou de nageltjes van je baby kort (lees hier hoe je babynagels knipt) en trek het eventueel babywantjes aan.
Kleding: Gebruik luchtige en ruime kleding waarin het lekker kan bewegen en de stof niet langs de huid schuurt.
Koude dranken: Geef je baby een lekker koel drankje (of ijsje) wanneer het blaasjes in de mond heeft. Dat vermindert de jeuk.
Zalf of gel: Gebruik een koele zalf of gel om kriebelende blaasjes te kalmeren – zet het middel daarvoor gerust eerst een poosje in de koelkast.
Badderen/douchen: Gebruik lauw water bij het douchen of badderen, ook dat helpt tegen het jeuken. Hou de badder- of douchebeurt iets korter dan normaal zodat de korstjes niet losweken.

Is de jeuk heel erg en maakt het je kindje overstuur? Vraag dan de huisarts om advies. Vaak zijn er wel manieren om de jeuk te verminderen.
Vraag de apotheek of drogist om een recept voor het sneller uitdrogen van de blaasjes – door het proces te versnellen stopt het jeuken eerder.
Wacht liever met zwemmen totdat alle waterpokken zijn verdwenen, zo voorkom je dat de wondjes gaan ontsteken door het zwemwater.

Wanneer moet ik de huisarts bellen?

Meestal is waterpokken niet gevaarlijk voor je baby en gaat het vanzelf weer over. Wel is het goed om jonge kinderen extra in de gaten te houden en contact op te nemen met de huisarts als:

het gaat om een pasgeboren baby (jonger dan 3 maanden oud);
bekend is dat jouw baby een minder sterk afweersysteem heeft;
het hoge koorts heeft of opnieuw koorts krijgt (na een paar dagen zonder);
het niet meer wil eten of drinken (of alles uitspuugt);
het sneller gaat ademen of benauwd is;
het weinig reactie geeft en suffig is;
er rode of paarse vlekken om de blaasjes komen.

Vertrouw vooral op je eigen gevoel, jij kent jouw baby het allerbeste. Heb je vragen, twijfels of maak je je zorgen? Een huisarts denkt graag met je mee.

Mag mijn kind met waterpokken naar de opvang?

Vaak voelen kinderen met waterpokken zich na een paar dagen alweer een stuk beter. Soms zijn ze er zelfs helemaal niet ziek van. Dan ontstaat al snel de vraag of jouw baby wel of niet naar de opvang mag.

Bij de meeste kinderdagverblijven is je baby – met waterpokken - gewoon welkom. Tenslotte was jouw kindje al besmettelijk voordat de eerste blaasjes zichtbaar werden. Dat maakt de kans groot dat hij of zij toen al andere kinderen besmet heeft.

Het kan natuurlijk zijn dat jouw kinderdagverblijf andere regels hanteert. Overleg daarom altijd eerst met jouw contactpersoon voordat je je kindje naar het kinderdagverblijf brengt.

Kan mijn baby het een tweede keer krijgen?

Nu jouw baby waterpokken heeft (gehad) wil je weten of het nogmaals kan gebeuren. Over het algemeen kan gezegd worden dat iemand niet voor een tweede keer waterpokken krijgt. Want de aanwezige antistoffen zorgen voor immuniteit.

Helaas geldt dit niet voor kinderen die tijdens hun eerste levensjaar het virus hebben gehad. Zij zijn de uitzondering op de regel en kunnen voor een tweede keer last krijgen van de waterpokken. Met name wanneer zij op dat moment drie maanden of jonger waren, want het afweersysteem maakt dan nog geen antistoffen aan.